Autisme-times
Samenvatting
We leven in een samenleving waarin de diverse psychiatrische diagnoses steeds meer ingeburgerd geraken. Zowel in het dagelijks taalgebruik — ‘ik voel me depri’, ‘dat kind heeft zeker adhd’, ‘mijn man is een echte autist’ — als in de hulpverlening zijn deze classificaties schering en inslag. Is dit nu een goede zaak of niet? Het antwoord is niet zo eenduidig.
Aan de ene kant kan het, zowel voor betrokkene als voor diens omgeving, heel wat opluchting geven om te weten wat er aan de hand is. Door de diagnose kan de omgeving, zoals ouders, partner, leerkrachten en hulpverlening, beter begrijpen met welke gevoeligheden zij rekening moeten houden bij het betreffende kind of de betreffende volwassene. Een diagnose helpt soms ook om op het eerste zicht lastig of onbegrijpelijk gedrag te begrijpen. In die zin kan een diagnose ontschuldigend werken. Dit effect wordt naadloos aangevoeld door sommige mensen met een diagnose, die dan uitspraken doen als ‘ik kan er niets aan doen, het is door mijn adhd of mijn autisme’. Dit kan, begrijpelijk, weer kwaad bloed zetten bij de naastbetrokkenen, terwijl het ook gezien kan worden als creatief gebruik maken van een diagnose waarvoor men meestal niet zelf gekozen heeft.
Aan de andere kant kan een diagnose ook een dwingend karakter hebben en juist beperkend werken. Veel diagnoses hebben de status van een waarheidsgehalte, terwijl het ook maar een invalshoek is, naast vele andere. Volgens Van den Berge (2005) is een psychiatrische diagnose eigendom van degene die haar gesteld heeft. We dienen daarom steeds voor ogen te houden: wat is iemand meer dan zijn diagnose? Wat speelt in een gezin of een echtpaar nog meer dan de, weliswaar niet te onderschatten, invloed van de diagnose? Systeemtherapeuten zijn vaak op zoek naar een uitweg in deze zoektocht. Fondelli (2007) zoekt welke verbindingen er nog bestaan los van het autisme. De Vos (2012), zelf psychiater en systeemtherapeut, beschouwt psychiatrische diagnoses als een belangrijke invalshoek naast andere invalshoeken.
Wat systeemtherapeuten kenmerkt is dat ze ruimer proberen te kijken, ruimer dan de diagnose, ruimer dan de persoon, zelfs ruimer dan het gezin. In die zin zouden we ons in het verlengde van Dirk De Wachters (2012) ‘borderline-times’ kunnen afvragen of we ook kunnen spreken van ‘autisme-times’. Zijn de kenmerken van autisme ook niet op onze hedendaagse maatschappij van toepassing? Of meer specifiek: vertoont onze maatschappij ook geen 1) tekortkomingen in de sociale interactie, 2) tekortkomingen in de communicatie en soms 3) beperkte, repetitieve en stereotiepe gedragingen?
Of deze verbreding nu klopt of niet, het is de uitdaging voor elke systeemtherapeut om andere ingangen te nemen dan de vanzelfsprekende. Dit wordt mooi verwoord in de Italiaanse uitdrukking ‘si non è vero è ben trovato’, als het niet waar is, is het tenminste goed gevonden. De systeemtherapeut is daarmee per definitie een creatief therapeut, ook al werkt hij of zij niet expliciet met creatieve methodieken. Systeemtherapeuten proberen iets anders te doen of te zeggen dan datgene wat cliënten al zo vaak te horen gekregen hebben. Het zogenaamde principe ‘niet méér van hetzelfde’. In het bijzonder als het op het terrein van de diagnoses aankomt ligt een belangrijk rol weggelegd voor de systeemtherapeut om het verschil te maken. In dit themanummer krijgt u als lezer diverse ingangen om mensen met de diagnose ‘autisme’ en hun omgeving te ondersteunen, geschreven door auteurs die in de praktijk het verschil proberen te maken.
Een themanummer ‘Autisme’ terwijl daar al zoveel over gepubliceerd wordt. Toen we in juni dit voorwoord schreven, besteedde NRC Handelsblad er bijvoorbeeld met twee grote artikelen ook aandacht aan. En op PubMed waren er 1874 publicaties over te vinden alleen al in de eerste helft van 2014 (Voormolen, 2014). Een explosieve toename sinds 2000. Ook het aantal mensen dat de diagnose autisme krijgt is enorm toegenomen. Is autisme dan een hype, een modediagnose? Daarover valt zeker te discussiëren, maar voor mensen die terecht de diagnose krijgen en hun omgeving is dat niet zo relevant. Zij kampen met de indringende gevolgen van het autisme, waaronder de grote moeite die mensen met autisme hebben met het maken en behouden van sociale en emotionele verbindingen. De systeemtherapie, leest u in dit nummer, sluit juist daarbij aan en wordt steeds meer gezien als een mogelijke behandelinterventie. Maar over autisme en systeemtherapie is nog niet veel geschreven en dat was aanleiding tot dit themanummer.
De auteurs schrijven hier onder meer over de gevolgen van autisme op de gezinsrelaties en vice versa. Over hoe autisme de lakens kan gaan uitdelen in een gezin. Heel voelbaar is dit in de indrukwekkende documentaire ‘Het beste voor Kees’ (Nolte, 2014) die in juni werd uitgezonden op de Nederlandse tv. Kees is 48 jaar en woont in een chalet in de tuin van zijn bejaarde ouders. Zij vragen zich bezorgd af: hoe moet het straks verder met Kees? Kees’ broers merken tijdens een gesprek over de toekomst van Kees op dat hij misschien wel wat verwend is, maar zijn ouders kijken daar heel anders tegenaan. Moeder heeft haar hele leven in dienst gesteld van Kees en op Twitter is daarvoor alom bewondering en lof. We zien hoe de ouders zich volledig aan Kees hebben aangepast. Moeder is ‘in’ Kees gaan wonen en zegt: ‘Ik ben zijn bestaan voor een groot deel.’ Ook Kees maakt zich zorgen, want er zal een noodlottige situatie ontstaan als zijn ouders er niet meer zijn. Het is een indringend portret van een man die opgesloten zit in zijn autisme en waar geen uitweg lijkt te zijn.
Deze film toont een uitvergroting van de gezinsdynamieken die Brigitte de Jong en Beatrijs Lens beschrijven. Zij dachten na over indicatiestellingen voor systeemtherapie en beschrijven hoe zij systeemtherapeutisch met deze gezinnen aan de slag gingen, laverend tussen autisme en systeem. Bij Ella Lobregt-van Buuren leest u over de toepassing van geweldloos verzet en nieuwe autoriteit bij ouders van jongvolwassen kinderen met autisme. Zij zet helder uiteen op welke wijze deze methodiek als groepsbehandeling kan worden ingezet bij ouders die nog maar weinig contact hebben met hun kind. Zij signaleert dat autisme van vaders juist helpend kan zijn in de behandeling.
In het artikel van Ilse van Zon lezen we dat het mogelijk is om emotieen hechtingsgerichte gezinstherapie toe te passen bij gezinnen waar er sprake is van autisme, samen met werkvormen uit de psychomotorische therapie. Zij argumenteert dat systeemtherapie als behandelvorm bij autisme juist aangewezen is omdat een van de kernproblemen van deze stoornis relationeel is.
Over partnerrelatietherapie voor volwassenen met autisme komt Richard Vuijk aan het woord. Hij geeft een overzicht van de bestaande publicaties over dit onderwerp en reikt een aantal principes aan voor het behandelen van deze echtparen.
Professie & Persoon door Nine van Stratum en Beatrijs Lens gaat ditmaal over Hans Bom. Hij heeft veel kennis over en ervaring met autisme en systeemtherapie en schreef er als een van de eersten over. Zo kunt u zijn visie lezen op de symbiose tussen een autistisch kind en zijn ouders, zoals bij Kees uit de hierboven genoemde documentaire. Maar het interview zet vooral tot nadenken over welke waarden in uw werk als therapeut eigenlijk belangrijk zijn. Voor Bom is het verdragen van onmacht, ellende en onvolkomenheden een belangrijke kwaliteit in de therapeutische houding.
Als verfrissend intermezzo tussen al die autismebijdragen krijgen we een Reflectie te lezen van Johan Bastiaensen over de emotionele en relationele betekenis van geld. Hoewel we in de therapieruimte weinig praten over geldkwesties, is geld hebben (of niet hebben) iets dat mensen bezighoudt. Bastiaensen illustreert met enkele concrete voorbeelden hoe geld een belangrijke invloed kan hebben op identiteit en relaties.
De laatste bijdrage over autisme is die in Onderzoek gesignaleerd door Daphne Vinke-van Steijn. Zij promoveerde, zoals al aangestipt in het vorige nummer (Lobregt-van Buuren, 2014), vorig jaar op het proefschrift The influence of parental and offspring ASD and ADHD symptoms on family functioning. Zij beschrijft de opzet van dit onderzoek en concludeert uit haar resultaten dat voor deze gezinnen systemische diagnostiek en interventies aan te bevelen zijn, waarbij de kloof tussen volwassenen- en jeugdpsychiatrie overbrugd moet worden. Deze conclusie is extra interessant gezien de grotere afstand tussen beide vormen van zorg door de overheveling dit jaar van de jeugdpsychiatrie naar de gemeenten.
In de tweede bijdrage aan Onderzoek gesignaleerd beschrijven Gaëlle Vanhee, Céline Hinnekens en Lesley Verhofstadt de vragenlijst Gezinskenmerken waarop Wim Klijn (2013) is gepromoveerd. Uit zijn onderzoek blijkt dat dit instrument voor de screening op gezinsproblemen voldoende betrouwbaar en valide is.
Verder vindt u in dit nummer congresverslagen over twee totaal verschillende, maar erg belangrijke aspecten van ons vakgebied. Hugo Mertens bezocht de jaarlijkse studiedag van de Belgische Vereniging voor Relatietherapie, Gezinstherapie en Systeemcounseling met als onderwerp ‘ethisch handelen in de systeempsychotherapie’. Hij eindigt zijn verslag van deze inspirerende dag met de woorden ‘Het is niet teleurstellend maar eerder geruststellend dat de grote antwoorden niet (meer) bestaan, dat we meestal wel goed (zoekend) aan de slag zijn.’ Het andere congres handelde over de schakel tussen systemische praktijk en systemisch onderzoek. Een grote Nederlandstalige delegatie was hierbij in Heidelberg vertegenwoordigd. Joke Vandamme, Céline Hinnekens, Gaëlle Vanhee, Hanna Van Parys, Gilbert Lemmens en Lesley Verhofstadt vinden het een ‘hoopgevend congres’ vanuit de vaststelling dat onderzoek in de systeemtherapie stilaan zijn plaats aan het veroveren is.
Dan willen wij u nog informeren over veranderingen in de redactiesamenstelling. Jurgen Cornelis besloot de redactie te verlaten, wat ons zeer spijt. Niet alleen vanwege zijn bijdragen in het tijdschrift — we hebben veel van hem mogen lezen en hopen dat in de toekomst ook te mogen blijven doen — maar ook vanwege zijn inbreng in de redactie, waarin hij steeds vanuit een nieuwe invalshoek zaken wist te belichten en voor het voetlicht te brengen. Gelukkig is er ook versterking met twee nieuwe redactieleden. Nine van Stratum, werkzaam als systeemtherapeut bij Intermetzo (voorheen Zonnehuizen) brengt haar expertise op het gebied van de jeugd-ggz mee. Harry van Velzen, nu gepensioneerd, werd opgeleid tot transcultureel systeemtherapeut en heeft een praktijk als transcultureel systeemcoach in Groningen.
Ten slotte: dit voorwoord lezende heeft u wellicht opgemerkt dat wij consequent de term ‘autisme’ gebruiken en u zult zich misschien afvragen: ‘Autisme? In de DSM-5 spreken we toch van een autismespectrumstoornis?’ Welnu, daarin heeft u natuurlijk helemaal gelijk. In dit nummer is er, in samenspraak met alle auteurs, voor gekozen om niet de term autismespectrumstroornissen of ass te gebruiken, maar de term autisme. Misschien brak u, net als wij, al eens uw tong toen u in een behandeling sprak over een autismespectrumstoornis, of kreeg u ook een wat ongemakkelijk gevoel bij het gebruik van de afkorting ass. Heeft u bijvoorbeeld wel eens geprobeerd een autismespectrumstoornis te externaliseren in de spreekkamer? Zoiets als ‘kan de autismespectrumstoornis jullie tegen elkaar uitspelen?’ In behandelingen wordt daarom vaak eenvoudigweg gesproken over autisme. Wij volgen die spreektaal in de artikelen van dit nummer, die gaan over mensen die, met elkaar en met hun behandelaren, zoeken naar manieren om leefruimte te creëren in hun autisme-times.
Literatuur
- De Vos, J. (2012). Systeemtherapie en psychiatrische diagnoses... aparte werkelijkheden? — Over diagnoses en unieke verhalen. Systeemtherapie, (24)4, 204-219.
- De Wachter, D. (2012). Borderline times — Het einde van de normaliteit. Leuven: LannooCampus.
- Fondelli, T. (2007). Aan de slag met diagnose ‘autisme’. Systeemtheoretisch Bulletin, 25, 113-30.
- Klijn, W. J. (2013). Gezinskensmerken — De constructie van de Vragenlijst Gezinskenmerken (VGK) (dissertatie). Te verkrijgen op: http://dare.uva.nl/record/458936.
- Lobregt-van Buuren, E. (2014). De appel en de boom — Gezinsfunctioneren bij ASS en ADHD, symposium georganiseerd door Karakter. Systeemtherapie, 26(2), 99-104.
- Nolte, M. (2-6-2014). Het beste voor Kees (documentaire). Te zien op www.npo.nl/2doc/02-06-2014/KN_1658125.
- Van den Berge, L. (2005). De mogelijkheden van een niet-specialistische deskundigheid — Over maatschappelijk werk en hulpverlening aan mensen met ernstige psychische problemen. Systeemtheoretisch Bulletin, 23, 85-102.
- Voormolen, S. (7-6-2014). Duizend wegen naar autisme. NRC Handelsblad, Wetenschap, 4-5.
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden