De Plek, een oriëntatie op het landschap van professionals, zedendelinquenten en hun systeem
Samenvatting
Studiedag georganiseerd door Sectie Forensische Systeemtherapie van de NVRG
[Leeuwarden, 14 november 2018]
Door interactieve lezingen en een aantal korte theaterstukken werd iedereen op deze studiedag van de NVRG uitgenodigd om samen na te denken over ‘de plek’ van therapeuten, delinquenten en hun systeem. Hoe kunnen we naar gezamenlijke taal zoeken om van daaruit verder te werken? Hoe kun je vanuit een houding van ‘niet weten’ iedereen zoveel mogelijk ruimte geven en samen onderzoeken wat helpt in gesprekken met zedendelinquenten en hun systemen?
De locatie hiervoor was een monumentaal gebouw, de Kanselarij in Leeuwarden, de culturele hoofdstad van 2018. Het thema van Leeuwarden als culturele hoofdstad was tot denken aanzetten: ‘Durf te dromen, durf anders te zijn en durf te doen’. Dagvoorzitter Reinette Montsma, bestuurslid NVRG sectie Forensische Systeemtherapie, onderschreef dit motto voor het thema van de studiedag. De sectie wilde met de keuze van deze stad laten zien dat ze iedereen een gezicht wilde geven en nodigde ons uit samen na te denken over welk gezicht we zedendelinquenten en hun families kunnen geven. Tijdens de lunch en borrel was er gelegenheid om de tentoonstellingen met passende titels ‘Places of hope’ en ‘Kerend tij’ te bezoeken.
Na een korte introductie door het sectiebestuur begon Jan Flameling met het dilemmaberaad. Flameling heeft zijn eigen praktijk, van waaruit hij verschillende personen en organisaties helpt om dilemma’s bloot te leggen. Hij is filosoof, docent, trainer en gespreksbegeleider en heeft een eigen leergang ontwikkeld binnen de narratieve systeemtherapie. De gepresenteerde variant van het dilemmaberaad was oplossingsgericht. Het was een manier om geordend een antwoord te geven op de vraag onder welke voorwaarden je ja of nee kunt zeggen in een dilemma. Hiervoor moet wel een duidelijke vraag gevonden worden waarop zowel een ‘ja’ als een ‘nee’-antwoord mogelijk is. Een aantal deelnemers nam plaats op het podium om het dilemmaberaad uit te proberen. De rest kon vragen stellen of opmerkingen plaatsen vanuit het publiek. Ondanks de goede pogingen van Flameling om een zaal vol systeemtherapeuten hun vele vragen opzij te laten zetten en een duidelijke stelling te laten formuleren, was het moeilijk om voorbij de ‘nadere informatie-fase’ te komen. Hierdoor kreeg de rest van het dilemmaberaad jammer genoeg minder tijd. Het is natuurlijk lastig om snel een stelling voor een dilemma te vinden in een groep van systeemtherapeuten die juist graag vertragen. De vraag werd uiteindelijk ‘Mag ik besluiten de cliënt meer vrijheid te geven, terwijl ik weet dat de mogelijkheid bestaat dat er nieuwe slachtoffers vallen?’ Vervolgens werden de belangen van de verschillende betrokkenen zorgvuldig onder elkaar gezet, evenals de argumentatie pro en contra. Daarna werd door middel van kernwaarden en vuistregels een bepaald midden bereikt en konden we een zorgvuldig, weloverwogen besluit nemen. Het besluit was dat we na een geslaagde behandeling deze vraag met ‘ja’ kunnen beantwoorden.
Hierna volgde Jolanda Verbeek, psychotherapeut werkzaam bij de Waag, samen met ervaringsdeskundige Sandra. We kwamen er achter dat na seksueel misbruik de kans op terugval ongeveer 15% is, na behandeling is dat nog 9,5%, dat het ontkennen van het misdrijf hierbij niet uitmaakt, dat 90% van de kindmisbruikers bekenden van het slachtoffer zijn en dat tussen de 30 en 50% van de vrouwen bij hun partner blijft na seksueel misbruik. De ervaringsdeskundige, partner van iemand met kinderporno in zijn bezit, vertelde over ‘de vergeten groep slachtoffers’. Zij werd niet gezien en gehoord, noch privé noch door de hulpverleners, terwijl dit uiteraard ook op haar een enorme impact had. Zij heeft veel moeite moeten doen om passende hulp te krijgen. Verbeek vertelde hoe je het systeem kunt betrekken bij de behandeling van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ze stelde Stop it now voor, waar gratis en anoniem hulp geboden wordt om kindermisbruik te voorkomen en waar je je kunt aanmelden voor bijvoorbeeld een familiegespreksgroep. Ook algemene risicosignalen werden aangestipt, zoals een emotionele inzinking, middelengebruik, het wegvallen van steun en minder intimiteit binnen de relatie. Vervolgens bespraken ze de verschillen tussen delicten hands off – zoals het bekijken van kinderporno – en hands on – seksueel misbruik of exhibitionisme. Tot slot werd het belang van huisregels benadrukt, zoals ‘er is geen wachtwoord op de computer of het is bekend’ en ‘iedereen doet de badkamerdeur op slot’.
Vervolgens speelde de theatergroep Podium Express van de Van der Hoevenkliniek een aantal scènes waarin onder meer de verschillende behandelingen van een delictpleger thuis en in de therapiesetting aan bod kwamen. Duidelijk werd hoe de mening van ieder gezinslid apart enorm veel impact kan hebben op het verdere verloop en succes of falen van de behandeling. Ook bleek hoe belangrijk vertrouwen is, evenals je kwetsbaar en open kunnen opstellen in een therapiesetting. Deze gespeelde scènes lieten ons ervaren hoe heftig oordelen en gedragingen kunnen zijn en welke rol zij spelen in het leven van de zedenpleger.
Brenda de Jong, sociaal-psychiatrisch verpleegkundige en systeemtherapeut in opleiding bij GGZ Friesland, sprak vervolgens over het belang van een systemische risicotaxatie in de zedenbehandeling, waarbij familie of gezinsleden dezelfde risicotaxatievragen beantwoorden als de zedenpleger over het gedrag van de pleger. De Jong benadrukte dat het belangrijk is om per casus af te stemmen wie er aanschuift en je af te vragen wie er bijdragen in het organiseren van de veiligheid van de kinderen. De conclusie was dat een systemische risicotaxatie voor meer informatie zorgt, wat leidt tot een betrouwbaarder uitkomst. Hierdoor kan men een betere inschatting maken over de veiligheid van de kinderen.
Margreet Timmer, trainer, mediator en kindbehartiger, bracht een presentatie met als titel Similar-but-different roleplay voor systemen waarin een gezinslid beschuldigd is van kindermishandeling of een zedenmisdrijf, maar ouders dit betwisten. Timmer bracht duidelijk over dat het maken van een veiligheidsplan vanuit de resolutions approach helpt om de veiligheid van de kinderen binnen de normen te brengen, maar ook dat plegers hierdoor beschermd kunnen worden tegen toekomstige beschuldigingen. Als redenen voor ontkenning belichtte zij onder andere schaamte, angst voor veroordeling, uitsluiting door familie en vrienden, maar ook de mogelijkheid dat het soms daadwerkelijk niet gebeurd is. Similar-but-different-roleplay werd gepresenteerd als een manier om het onbespreekbare toch te kunnen benoemen en te bediscussiëren. Het gezin speelt in vier rollenspellen het verhaal van een vergelijkbaar gezin met uitgeschreven rollen, waarbij de vermeende dader de verantwoordelijkheid neemt voor de mishandeling en/of het misbruik. In deze rollenspellen is aandacht voor zowel de bekennende ouder als het perspectief van het kind en de toekomst. Deze werkwijze biedt een mooie manier om weer een veilige omgeving te creëren.
Ten slotte bespraken Alette Stuivenberg en Jantien Klasen, beide coördinatoren bij de Reclassering Nederland, hoe het aantal nieuwe slachtoffers drastisch verminderd kan worden door het gebruik van de Cirkels voor Ondersteuning Samenwerking en Aanspreekbaarheid (COSA). Door het inzetten van cirkels van vrijwilligers, cirkelcoördinatoren en beroepskrachten om het kernlid heen, wordt altijd samen met het kernlid toegewerkt naar minder nieuwe slachtoffers vanuit het motto ‘geen nieuwe slachtoffers, geen geheimen’. Uit de resultaten blijkt een recidivevermindering van 80%. De werkzame factoren kwamen aan bod, evenals de randvoorwaarden, instroomcriteria, contra-indicaties, justitiele kaders en hoe je jezelf kunt aanmelden als vrijwilliger.
Het was een mooie, goed georganiseerde, inspirerende dag die heeft aangezet tot nadenken door de verschillende gezichten en plekken die aan bod kwamen. Er is een gezamenlijke taal gevonden en er is ruimte gecreëerd om verder te kunnen werken met zo min mogelijk nieuwe slachtoffers. Ik heb in mijn praktijk niet geregeld met zedenplegers te maken, maar mocht het wel gebeuren, dan heb ik nu ideeën en instrumenten leren kennen om ermee aan de slag te gaan.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden