Over-Hoop – Blijven zorgen in de meerstemmigheid van conflictueuze scheidingen
Samenvatting
Studiedag georganiseerd door Context UPC KU Leuven en Kinderen uit de Knel-Vlaanderen
[Kortenberg, 1 februari 2019]
Een congres over ‘hoop’ in de hulpverlening aan ouders en kinderen in complexe scheidingen. Daar gaat veel volk naartoe. Het is een complexe materie waar heel wat ‘hoop’verleners van ‘over-hoop’ geraken. Het is hartverwarmend te merken dat deelnemers uit verschillende sectoren komen, zowel uit Vlaanderen als Nederland. De organisatoren doen er alles aan om de congresleden te verwennen. Bij het onthaal krijgt iedereen letterkoekjes en wie er het woord ‘over-hoop’ mee kan vormen, krijgt een plantje. Het creëert meteen heel wat verbinding en uitwisseling onder de aanwezigen.
Deze dag is een vervolg op de succesvolle studiedag van Context over vechtscheiding in 2014, waar het groepsprogramma Kinderen uit de Knel werd voorgesteld. De studiedag toen was de start van een ongeziene ontplooiing van samenwerking tussen verschillende voorzieningen en sectoren in Vlaanderen. Dit vervolg is een bekroning van de afgelegde weg en een volgende stap in de zoektocht naar het blijven zorgen in de meerstemmigheid van complexe scheidingen.
Net als vijf jaar geleden worden de sprekers verwelkomd door Peter Rober, gezinstherapeut bij Universitair Psychiatrisch Centrum Context. In de voormiddag brengen coryfeeën Justine van Lawick van het Lorentzhuis in Haarlem en Lieve Cottyn van de Interactie-Academie in Antwerpen, hun reflecties. Nadien volgt een debat over hun verschillen in kijk en aanpak. Tot slot is er keuze uit vier workshops. Tussen de onderdelen door worden korte filmpjes getoond, waaronder eentje van mijn collega-kindertherapeuten Ellen Buellens en Joris Meyers met herkenbare cartoons over hoe hulpverleners de complexiteit ervaren.
Van Lawick is een van de bezielers van Kinderen uit de Knel. In haar lezing focust ze op de betrokken kinderen en hulpverleners, ook al zijn die niet te scheiden van de ouders en het netwerk. Vanuit haar actuele ervaring met de kindergroep brengt ze het begrip ‘ruziescheiding’ aan als een minder agressief woord dan ‘vechtscheiding’. Ze gebruikt de metafoor van lopen over het slappe koord met daaronder hongerige haaien om uit de drukken waar het werk met ruziescheidingen over gaat. Het is telkens blijven zoeken naar hoe je een vangnet kan bouwen.
Aan de hand van het verhaal van Remo, een jongen van elf, getuigt ze hoe ze naar een gepaste samenwerkingsrelatie met deze jongen zoekt. Het valt op hoe Van Lawick samen met de kinderen, de ouders, hun netwerk en haar eigen collega’s zoekt naar meer ontspanning voor de kinderen en naar een andere verbinding met elkaar. Dit gebeurt vaak door het gepast tonen van kwetsbaarheid in de presentaties van kinderen naar ouders en van ouders naar kinderen. Het is een collaboratief proces met alle betrokkenen. Daardoor evolueert het programma nog steeds qua aanpak en inhoud. De kracht schuilt in het geloof en de hoop dat het anders kan en dat mensen van elkaar kunnen leren.
Doorheen de ontwikkeling van het programma kwamen de ontwikkelaars uit bij een zestal zogenaamde keystones: de specifieke attitude van de hulpverleners, het werken in en met de lerende gemeenschap, het kind in beeld, het loslaten, het doorbreken van strijdspiralen en het ervaringsgericht werken. Deze basisingrediënten worden gebruikt om Kinderen uit de Knel verder te ontwikkelen en te ontplooien.
Van Lawick eindigt door trots het nieuwe werkboek voor gescheiden ouders aan te kondigen (Wierstra, Van der Elst, Van Lawick & Visser, 2019).
Met dertig jaar ervaring in ‘hoogconflict tussen ouders na scheiding’ is ook Lieve Cottyn een gepaste gastspreker op dit congres. Ze start met het belang van zelfzorg van de hulpverlener om in deze complexe werkelijkheid overeind te blijven. Voor haar is de kern om klaarheid te zien in de chaos. De zuigende kracht van conflictpatronen in een ‘conflictbolwerk’ maakt hulpverleners gek. Zelfzorg is betrokken zijn zonder in conflict te geraken en afstand nemen zonder afzijdig te worden.
Ze schetst op een heldere manier de specifieke kenmerken van de conflictpatronen en het effect daarvan op de hulpverleners. Cottyn brengt een aantal gidslijnen om de chronische strijd te veranderen en de helse repetitieve strijdpatronen te doorbreken. Het begint met het innemen van een metapositie om te reflecteren over dynamieken en parallelprocessen, transparant zijn in wat je doet en kaderen en herkaderen. Dit is voor systeemdenkers niet zo nieuw, maar de omzetting naar de praktijk blijkt niet zo eenvoudig.
Haar ervaring heeft haar denkkader steeds steviger gemaakt waardoor ze als het ware lesgeeft over hoe dit best aan te pakken. Het geeft een houvast voor vele zoekende hulpverleners. Er klinken herkennende positieve reacties uit de zaal.
Ze heeft daarbij ook oog voor het leed dat door ideaaltypische beelden veroorzaakt wordt (Cottyn, 2017), zoals de aanname dat je na een scheiding goed moet overeenkomen dat kinderen niet belast mogen worden. Ze roept op om het leed en onrecht niet weg te werken, maar er eerder een draagvlak voor te creëren. Door het leed te benoemen en te situeren, kunnen we het afbakenen. Hierdoor verhoogt het gevoel van veerkracht en agency van alle betrokkenen. Van daaruit zet Cottyn de kwaliteit van de ouder-kindrelatie boven de kwantiteit.
Uit de twee lezingen horen we vooral gelijkenissen, zoals het belang van attitude en positionering van de hulpverlener ten opzichte van destructieve patronen, het gelijkaardige doel om het welzijn van kinderen en ouders te verhogen, en een stevig kader. In het panelgesprek gaan Peter Rober en Maaike Geerts, kinderpsychiater van het Centrum Geestelijke Gezondheidszorg Sterrebeek, op zoek naar de verschillen. Daar waar Kinderen uit de Knel expliciet een samen zoekend groepsaanbod is gericht op het veranderen van de communicatie tussen de ouders, werkt Cottyn vooral met een ouder individueel of een van de ouders met kind om van daaruit de strijd te veranderen. Geerts stelt de gedurfde vraag naar de kostprijs van de verschillende aanpakken, maar daar komt geen duidelijk antwoord op.
Margreet Visser, naaste collega van Van Lawick, werkzaam bij het kinder- en jeugdtraumacentrum in Haarlem en ontwikkelaar van Kinderen uit de Knel, werkt in de eerste workshop op een gelijkaardige manier als in haar kinder- en intervisiegroepen. We starten met een opwarmer, maken samen een agenda en Visser begeleidt het proces. We bespreken samen verschillende ethische kwesties aan de hand van een aantal intervisietechnieken. Zo legt Visser de vraag op tafel die Cottyn in de voormiddag aanhaalde: gaat het bij ‘vechtscheiding’ over trauma? We hebben er een geanimeerde bespreking over. Deze collaboratieve en feedbackgestuurde manier van werken helpt om de meerwaarde aan den lijve te ervaren en de meerstemmigheid te laten weerklinken. Het geeft openingen en hoop om verder aan de slag te gaan.
Willem Beckers, collega van Cottyn bij de Interactie-Academie, breit in zijn workshop verder op haar inzichten. Hij vertelt over zijn zoektocht om de sociale processen van de strijd mee in de therapiekamer te brengen. Een ouder heeft allerlei interacties met het eigen netwerk die mee bepalen hoe hij of zij met de andere ouder omgaat. Het is belangrijk om als hulpverlener bij de verschillende stemmen van de naasten aan te sluiten. Vaak is er een positieve intentie van het netwerk, maar is het effect eerder demoniserend.
Zijn focus is om de steunende intenties te transformeren naar meer steunende effecten. Vaak mondt het uit in een netwerkberaad dat Beckers zelf strak voorzit. De steun kan zowel naar ondersteuning in de scheiding als naar het kwetsbaar ouderschap gaan. Hij ziet netwerksteun als een focus met allerlei interventies, eerder dan als een geïsoleerde techniek (Beckers, 2016). Hij vertelt zo aanstekelijk over het sociale aspect van scheiding dat het mij blij maakt om een maatschappelijk werker te beluisteren die zijn stem laat horen.
De verscheiden input en aanpak van de sprekers en de boeiende gesprekken met de collega’s tijdens de pauzes maakten het tot een lijfelijk voelbaar hoopgevend en inspirerend congres. Het geeft moed en goesting om het programma Kinderen uit de Knel verder uit te dragen. Het bracht tegelijkertijd heel wat concrete inzichten en handvatten om in mijn praktijk te verwerken rond scheiding en ouder-kindrelaties.
Literatuur
- Beckers, W. (2016). Netwerkversterking als antigif voor de strijd bij hoogconflicten na scheiding. Systeemtheoretisch Bulletin, 33, 277-293.
- Cottyn, L. (2017). Gevangen in hoog conflict na scheiding – De worsteling voor een constructieve houding in een destructief veld. Systeemtheoretisch Bulletin, 34, 251-275.
- Wierstra, J., Elst, E. van der, Lawick, J. van & Visser, M. (2019). Werkboek kinderen uit de knel – Voor ouders. Amsterdam: SWP.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden