Het ondergeschoven kind
Samenvatting
‘Al zeg je me dat we vanaf nu iedere dag ijslolly’s gaan eten, prima, dan gaan we dat toch doen! Als jij zegt dat het werkt. Het maakt me niets meer uit. Er is al zoveel geprobeerd!’ Aan het woord is Ida, moeder van Jayden. Ze richt zich tot de jeugd- en gezinsbeschermer.
In oktober 2020 kwam het boek Kinderen van de staat – Jeugdzorg in ademnood uit, geschreven door Hélène van Beek. Hester Selbeck schreef in ons tijdschrift een treffende recensie (2021). Het boek schetst een messcherp beeld van het falen van de Nederlandse Jeugdzorg na de nieuwe Jeugdwet uit 2015. Van Beek was niet de enige die in haar boek het falen van het systeem benadrukte. Diverse media kopten met ‘Drama Jeugdzorg’, en bijvoorbeeld Elsevier Weekblad schreef over kosten die de pan uitrijzen, kinderen die overladen worden met verschillende hulpverleners en de keten van de Jeugdzorg (Vrijsen, 2021).
Negatieve berichten over Jeugdzorg en het falende hulpverlenersstelsel lijken in Nederland het dominante verhaal te zijn geworden. Maar als men praat over Jeugdzorg, wie is dan eigenlijk Jeugdzorg? Is het de overheid, het stelsel, de gemeente, zijn het de hulpverleners of is het de methodiek? En wat doet het met kinderen, gezinnen en behandelaren als negatieve berichtgeving het dominante verhaal vormt? Wat doet het met mij?
Een tijdje terug zat ik als systeembehandelaar in een afstemmingsgesprek met Ida, moeder van Jayden, en de betrokken jeugd- en gezinsbeschermer. We spraken over Jayden, een jongen van zestien jaar met een verstandelijke beperking. Hij werd door een crimineel netwerk uit de stad als loopjongen ingezet. Om te voorkomen dat hij nog dieper in het netwerk terecht zou komen, was hij vijf maanden gesloten geplaatst in een JeugdzorgPlus-instelling. Sinds kort woonde hij weer thuis bij zijn ouders, maar vanaf de eerste dag dat hij de gesloten plaats verliet en weer thuis woonde, wist het criminele netwerk hem weer te vinden. Met haar uitspraak over ijslolly’s sprak moeder haar zorg en wanhoop uit dat ze steeds minder in contact kon komen met haar zoon, en haar vermoeidheid over de hulpverlenende instanties die al zo lang betrokken waren en zo weinig leken te kunnen doen. Maar het was de reactie van de jeugd- en gezinsbeschermer die me in dit gesprek pas echt deed schrikken. In plaats van te luisteren, erkenning te geven en vanuit daar weer hoop te bieden, trok deze jeugd- en gezinsbeschermer het boetekleed aan, bood zijn excuses aan en weet Jaydens situatie aan de gevolgen van het falen van het systeem. De reactie van de jeugd- en gezinsbeschermer was op dat moment voor mij de personificatie van het dominante negatieve verhaal. Hij was er zelf, mede onder invloed van alle negatieve berichten in de media, in gaan geloven en verzette zich er niet meer tegen.
Ook binnen de redactie hebben we gesproken over de negatieve kijk op de Nederlandse Jeugdzorg. Herkennen we ons erin? Hoe ziet men de Jeugdzorg in Vlaanderen? En zijn er niet ook positieve verhalen te vertellen? Juist systeemtherapeutische interventies hebben zoveel te bieden en zijn effectief gebleken in de Jeugdzorg. We hebben waardevolle verhalen te vertellen en willen dit ook doen, zodat naast het dominante verhaal van ‘het falende systeem’ of ‘het ondergeschoven kind’ ook een beeld kan ontstaan van ‘een kind in bloei en ontwikkeling’. Wat zouden deze positieve verhalen doen met kinderen, gezinnen en behandelaren in de Jeugdzorg?
Traditiegetrouw kijken we aan het begin van een nieuwe jaargang als redactie vooruit naar waar we op willen focussen. Dit komende jaar willen we ruimte maken voor artikelen die passen binnen het thema Jeugdzorg met aandacht voor jeugdzorgproblematiek en effectieve systeem-therapeutische methodieken. Naast het thema Jeugdzorg leggen we, mede geïnspireerd door ons redactielid Erica Siegers die zo gedegen het transcultureel perspectief over het voetlicht kan brengen, het komende jaar in de verschillende rubrieken meer nadruk op het thema diversiteit.
Een aantal mooie artikelen ligt al op de plank, en graag roepen we systeemtherapeutisch werkers en behandelaren op een bijdrage te leveren voor rubriek De Praktijk, een rubriek die zich bij uitstek leent voor waardevolle verhalen die een inkijkje geven in de veelkleurige rijkdom van ons vakgebied.
In dit eerste nummer van het jaar voegen we de daad bij het woord met een artikel dat gaat over een veelbelovende systemische interventie voor gezinnen, namelijk emotionally focused family therapy (efft). Lenny Rodenburg en Henk Jan Conradi beschrijven een aangepaste Nederlandse versie van het efft-behandelprotocol, waarbij ze de sterke kanten van twee andere op hechting gebaseerde gezinstherapieën, abft en ddp, integreren met het behandelprotocol van efft. Binnen de kinder- en gezinspsychologie is volgens de auteurs steeds meer belangstelling voor onderliggende mechanismen bij kinderen en gezinnen die de dsm-diagnoses overstijgen. Rodenburg en Conradi spreken in dit verband over transdiagnostische processen, waarbij hechting als een belangrijk transdiagnostisch proces beschouwd wordt. In efft is onveilige hechting de ingang voor behandeling en veilige hechting het behandeldoel. Efft vormt daarmee een veelbelovende systemische interventie gericht op ouders en kinderen die het stoornisspecifieke karakter overstijgt. Conradi, Rodenburg en een aantal collega’s zijn op dit moment bezig met opzetten van een onderzoek naar de effectiviteit van hun aangepaste, meer gestructureerde versie van efft. Wellicht komt deze opzet nog eens terug in de rubriek Wetenschap & Praktijk?
Zelfverwondend gedrag komt relatief vaak voor in de adolescentie, en iedereen die met jongeren en gezinnen werkt, kent de complexe dynamiek die het gedrag teweegbrengt binnen het gezin. Toch is over zelfverwondend gedrag in dit tijdschrift nog niet veel geschreven. In de rubriek Wetenschap & Praktijk beschrijven Imke Baetens, Lise De Ridder en Tinne Buelens in een review de effectiviteit van systeemtherapeutische behandeling bij zelfbeschadigend gedrag. Alhoewel systematisch wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit van gezinstherapie beperkt is, komen de auteurs tot een aantal werkzame factoren voor de behandeling van zelfverwonding, waaronder het de-escaleren van gezinsdynamieken door systeemtherapie.
Voor de rubriek Professie & Persoon spraken Jasmien Peeters en Albert Neeleman met Greet Splingaer. Geen toeval dat de redactie juist uitkwam bij Splingaer; als het gaat om het vertellen van beeldende verhalen is zij een meester. Kenmerkend voor haar verhaal is de wijze waarop kinderen in haar werk vooropstaan. Kinderen zijn leermeesters, hebben een ontwapende authenticiteit en vormen voor Splingaer een belangrijke drijfveer.
In de rubriek Congressen vinden we twee congresverslagen. Elke Humblet verslaat op enthousiaste wijze de studiedag naar aanleiding van vijftig jaar Interactie-Academie. Aangenaam was het volgens Humblet dat een aantal vernieuwende therapievormen besproken werd en dat afgeweken werd van de klassieke therapie. Als lezer van het verslag krijg je de indruk van een bruisend Antwerpen waar de stemmen van de kinderen, jongeren en gezinnen vooropstaan.
Albert Neeleman doet verslag van het symposium Cruijffiaans denken als inspiratiebron voor complexe problematiek in de ggz: psychiatrie, psychotherapie, jeugdzorg. Een prachtige studiedag waarop ingewikkelde concepten rondom de complexe geestelijke gezondheidszorg op meerdere manieren naar voren kwamen. Naar analogie met het ‘totaalvoetbal’ spreekt Neeleman over een ‘totaalsymposium,’ waarbij het moeilijk is niet geïnspireerd te raken. Met het transcultureel perspectief voor ogen merkt Neeleman fijntjes op dat ‘alleen witte heren van zekere leeftijd als spreker het veld in werden gestuurd’.
Dit symposium was tevens het moment waarop Jan Olthof zijn nieuwste boek presenteerde: Cruijffiaans denken in de narratieve systeemtherapie – Navigeren in complexiteit. Peter Lenaerts schreef een recensie. Hij ziet het boek als een ‘totaalboek’. Het gaat volgens Lenaerts zeker niet alleen over cruijffiaans denken, het omvat veel meer. Uiteenlopende auteurs en onderwerpen zoals muziek, kunst, filosofie en kwantumfysica passeren de revue. De rode draad wordt gevormd door het denken over complexiteit en complexe dynamische systemen. Lenaerts beschouwt het boek als een naslagwerk dat niet mag ontbreken in de bibliotheek van psychotherapeuten.
Bram Fahy en Sarah Degens recenseerden Geweldloos verzet in therapie en bij conflicten – De psychologie van demoniseren van Nahi Alon en Haim Omer. Het boek werpt licht op het proces van demoniseren en beschrijft manieren om het op een constructieve manier tegen te gaan. Met name hoofdstuk 3 en 4 zijn volgens Fahy en Degens toepasbaar in de systeemtherapeutische praktijk omdat verschillende manieren besproken worden om de verstoorde ouder-kindrelatie te herstellen en onderlinge verbondenheid te bevorderen.
Een laatste bijdrage aan dit nummer komt van Liesbet Monballiu. Zij werd aangenaam verrast door het boek Integratief opvoeden – Strategieën voor de opvoeding van kinderen met gehechtheidstrauma, in het Nederlands vertaald en bewerkt door Nathalie Schlattmann, Mara van der Hoeven en Irma Hein. Het boek is een verdieping van de bestaande literatuur over chronisch getraumatiseerde kinderen en geeft volgens Monballiu degelijk en kernachtig weer wat verstaan wordt onder gehechtheidstrauma. Dit maakt het boek zeer geschikt voor (pleeg)ouders en hulpverleners.
Rest mij aan het einde van dit voorwoord te vermelden dat het eigenlijk best goed gaat met Jayden. Na het bewuste afstemmingsgesprek met moeder en de jeugd- en gezinsbeschermer volgde gezinsbehandeling volgens de principes van verbindend gezag (Omer, 2011). Een methodiek waar onder anderen Eliane Wiebenga en Hans Bom veel over kunnen vertellen en in een volgend nummer over zullen schrijven. Jayden en zijn ouders ervaren een beter contact met elkaar. In tegenstelling tot eerder slaapt hij iedere avond thuis, gaat hij weer naar school en heeft hij zelfs een bijbaantje. Jayden is geen ‘ondergeschoven kind’ meer. Nee, hij is een kind met noden en weer vol in ontwikkeling.
Rectificatie
In het vierde nummer van 2021 (jaargang 33) is in het mooie artikel van Mieke Hoste Misschien heb ik je nodig op pagina 294 in de figuur van de eft-tango een rare fout geslopen. De pijl tussen stap 4 en stap 5 staat verkeerd om, tegen de logische richting in, en dat is natuurlijk niet de bedoeling. Op de website van Systeemtherapie is dit inmiddels rechtgezet.
Literatuur
- Beek, H. van (2020). Kinderen van de staat – Jeugdzorg in ademnood. Baarn: Nobel boeken.
- Omer, H. (2011). Nieuwe autoriteit – Samenwerken aan een krachtige opvoedingsstijl thuis, op school en in de samenleving. Amsterdam: Hogrefe.
- Selbeck, H. (2021). Kinderen van de staat – Jeugdzorg in ademnood. Systeemtherapie, 33(3), 278-280.
- Vrijsen, E. (2021). Kinderen van de rekening. Elsevier Weekblad, 77(24), 10-19.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden