Therapeut: Leven en Werk
Samenvatting
Studiedag georganiseerd door Context
[Kortenberg, 20 januari 2017]
Therapeut, leven en werk. Onmiddellijk trad mijn innerlijke dialoog in werking. Wat zal deze studiedag mij, als beginnende therapeut, bijbrengen over de therapeut als mens en de mens als therapeut? Is deze studiedag zinvol voor startende professionals in het werkveld en in een maatschappij waar alles concreet toepasbaar moet zijn? In de aankondiging staat dat het format van Zomergasten gevolgd zal worden.
We worden verwacht in een auditorium, maar visueel komen we terecht in een gezellige huiskamer waar zetels, kamerplanten en schapenvellen de ruimte vullen. Dirk De Wachter, psychiater bij Universitair Psychiatrisch Centrum Kortenberg, en Sjoukje Smedts, auteur bij Trends, zitten klaar om hun eerste wintergast te ontvangen. Jan Olthof, narratieve systeemtherapeut bij Het Verbindend Patroon, bijt het spits af. Bij vertoon van zijn fragmenten komen de thema’s ‘ruimte maken voor schoonheid in therapie’, ‘authentieke manieren van troost’, ‘clownerie’ en ‘de harde tijden van de huidige samenleving’ aan bod. Het zou me te ver leiden om alle opgesomde thema’s uit te diepen. Ik pik de thema’s eruit die me het meest verrast of geraakt hebben.
Vanuit zijn bewondering voor Johan Cruijff vergelijkt Olthof therapie met een voetbalwedstrijd. Cruijff positioneerde de spelers op het veld, nog voordat de bal arriveerde. Olthof spreekt over het organiseren van ruimte en schoonheid in therapie met heel complexe gezinnen door te kijken waar de bal niet is. Wanneer we bij groot lijden te zeer kijken naar de bal, kan weinig ruimte gecreëerd worden. Hij vertelt over manieren waarop de bal minder aandacht krijgt en er ruimte ontstaat voor verrassing.
Van bewondering voor een Nederlandse profvoetballer maakt Olthof de overstap naar bewondering voor authentieke manieren van troost. Hij raakt mij in zijn authenticiteit door in dit deel over zichzelf te spreken als gewonde genezer. Door in contact te staan met zijn eigen kwetsbaarheid kan hij met een bepaalde authenticiteit met hulpvragers omgaan.
De tweede wintergast is An Hooghe, systeemtherapeute bij Context, gespecialiseerd in rouw. In haar zoektocht naar thema’s rond leven en werken als therapeut is zij tot ‘voorbij de woorden’, ‘afstand nemen in therapie’ en ‘machteloosheid’ gekomen. Naar aanleiding van het eerstgenoemde thema weergalmt het lied If I neededyou (uit de film The broken circle breakdown). Het is muisstil in de zaal. Als therapeute spreekt Hooghe over het mogelijk verlangen van rouwende ouders om tijdens de sessie muziek van hun overleden kind te beluisteren. Hoewel er bij het luisteren naar muziek aan de woorden voorbijgegaan wordt, zijn ze soms toch van belang. Zo ook in dit muziekfragment: ‘Als ik jou nodig heb, ga je er dan zijn voor mij?’ Volgens Hooghe lijkt dat een fundamenteel iets te zijn in haar werk met ouders. Echter, als je echt heel verdrietig bent, valt dit verdriet dan überhaupt wel te delen? Hooghe ervaart dat veel verdriet niet te delen valt, terwijl het tegelijkertijd zo fundamenteel is om net dan te weten dat diegenen die jou graag zien en die jij graag ziet er toch op een of andere manier zijn. Zij is gepassioneerd door de authenticiteit en liefde die de rouw omvat. Die passie wordt volgens mij door iedereen in de huiskamer gevoeld.
Robert van Hennik, systeemtherapeut bij Euthopia, heeft het onder andere over ‘de cultuur van standaardiseren’, ‘het naïef optimisme’, ‘verandering’ en ‘muziek’. Met betrekking tot verandering spreekt Van Hennik over de hoop mensen te helpen, aan de hand van therapie, om hun patroon te doorbreken en opnieuw iets te durven. Bij verandering staat namelijk steeds iets waardevols op het spel, waardoor een verlangen bestaat om niet te veranderen. Ik krijg bewondering voor de manier waarop Van Hennik mensen in hun kracht wil zetten. De meeste mensen ontbreekt het niet aan vaardigheden en inzicht, maar het gaat eerder om angst. Van Hennik haalt zijn inspiratie bij de narratieve therapeut Michael White die verwees naar een groot flatgebouw vol kamers. Veel gezinnen zijn opgesloten in één kamer, zijn in paniek en lopen steeds tegen dezelfde muur. Misschien moet therapie steigers bouwen om mensen te helpen de andere kamers van het eigen leven te bereiken. Wij moeten mensen niets aanleren in therapie aangezien ze zelf zoveel ervaring hebben waarin wijsheid en rijkdom vervat zitten.
Tijdens de middagpauze sta ik stil bij hetgeen verteld werd tijdens de voormiddag. De verhalen hebben me geraakt en het doet me goed dit gevoel met anderen te delen.
Eliane Wiebenga, systeemtherapeute bij het Lorentzhuis, bespreekt aan de hand van verschillende fragmenten de machteloosheid die zij voelde bij jongeren zonder hulpvraag maar met ernstige gedragsproblemen. Haim Omer, hoogleraar psychologie in Tel Aviv, inspireerde haar met de methodiek ‘geweldloos verzet’, door Wiebenga ook ‘verbindend gezag’ genoemd.
Naast het spreken over de inhoud van de methodiek, heeft Wiebenga het over het taboe rond geweld van kinderen jegens ouders. De maatschappij zou in de eerste plaats moeten meewerken aan het idee dat opvoeden niet zo makkelijk is en dat samen met iedereen die bij de opvoeding betrokken is erover nadenken noodzakelijk is. De Wachter merkt hierbij op dat de maatschappij een heel andere richting uitgaat met haar steeds groeiende vraag tot gedwongen opnames om gevaar te voorkomen. Wiebenga is voor mij een voorbeeld omdat zij een soort van geweldloos verzet pleegt door tegen de stroom in te zwemmen.
Vervolgens is de beurt aan Erik van der Elst, systeemtherapeut bij het Lorentzhuis. Hij spreekt over ‘kinderen in/uit de knel’, ‘verbinding’, ‘homoseksualiteit’ en ‘herstel’. Een van de metaforen waarin ik mezelf het best kon vinden, komt uit een natuurdocumentaire. Een groep leeuwinnen jaagt op buffels en grijpt uiteindelijk een buffelkalf. Een leeuwin sleurt het kalf het water in waar plots een krokodil opduikt. Het gevecht tussen de krokodil en de leeuwin, met het buffelkalf als inzet, wordt door mensen aan de overkant van de rivier gefilmd. Van der Elst ziet in deze documentaire de kunst om zich als therapeut te identificeren met de mensen aan de overkant, het buffelkalf, de leeuw en alle andere betrokken dieren. Hij spreekt over de eenvoud waarmee men zich identificeert met het buffelkalf, terwijl de leeuwinnen vast ook welpjes moeten voeden. Hij wordt geraakt door de tragiek die in de documentaire vervat zit. Van der Elst heeft het tot slot over zijn eigen groeiproces om de tragiek van het bestaan, waarmee hij dagelijks geconfronteerd wordt, te kunnen dragen.
Afsluitend betreedt Lieven Migerode, systeemtherapeut bij Context, de huiskamer. In zijn toelichting komt ‘elkaar graag zien’, ‘het onnodig lijden’, ‘de dood’, ‘risico’s’ en ‘muziek’ naar voren. Met betrekking tot het onnodig lijden haalt Migerode zijn inspiratie bij Bruce Miller, dokter palliatieve zorg in het UCSF Medical Center te San Francisco. Miller maakt het onderscheid tussen lijden dat bij het leven hoort en lijden dat gefabriceerd is. Bij het eerstgenoemde lijden kan je nabij de mensen blijven. Maar dan is er het onnodig lijden, het lijden dat niet noodzakelijk is maar gefabriceerd wordt door het systeem van de gezondheidszorg. Miller zegt: ‘Our system is organized around diseases, not around the patients’ (2015). In België lijkt het systeem eerder gebaseerd op het terugbetalingssysteem. Migerode gelooft dat men niet in opstand komt omdat men te bang is en dat de machteloosheid die men voelt vaak door iedereen wordt gedeeld. Of hoe zelfs het gevoel van machteloosheid toch voor verbinding kan zorgen.
Voor mij was het noodzakelijk om in dit verslag slechts enkele thema’s van iedere spreker toe te lichten om zo een beeld te schetsen van de emotionele achtbaan van de dag. Hoewel ik niet goed wist wat ik met die gevoelens aan moest, was de dag inspirerend voor mij omdat steeds de kracht en rijkdom van mensen werd belicht.
Literatuur
- Miller, B.J. (2015, March). What really matters at the end of life [Video]. Geraadpleegd van https://www.ted.com/talks/bj_miller_what_really_matters_at_the_end_of_life
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden