MENU
  • Home
  • Actueel
    • Nieuws
  • Inhoud
    • Laatste nummer
    • Archief
    • Rubrieken
    • Artikelen
    • De Praktijk
    • Onderzoek gesignaleerd
    • Reflecties
    • Discussie
    • Professie en Persoon
    • Congressen
    • Boeken (en zo)
  • Auteurs
    • Overzicht auteurs
    • Auteursrichtlijnen
    • Artikel indienen
    • Gebruik van artikelen
  • Abonnementen
    • Abonnement aanvragen
    • Proefabonnement
    • Voorwaarden en wijzigingen
  • Over Systeemtherapie
    • Redactie
    • Adverteren
    • Open Access
    • Links
    • Contact
Inloggen
Inhoud
Inhoudsopgave jaargang 30 (2018) / nummer 2
PDF  

Tussenmenselijk geweld

Nienke Kiekens
1 september 2025

Samenvatting

Studiedag Interactie-Academie
[Antwerpen, 30 november 2017]

Op deze studiedag georganiseerd door de Interactie-Academie krijgen we de kans om kennis te nemen van diverse visies op intrafamiliaal geweld. De dag start met een plenair gedeelte waarna diverse workshops volgen.

De eerste spreker is Pascale Franck, coördinator intrafamiliaal geweld bij de provincie Antwerpen. Zij legt de werking van de CO3-ketenaanpak en het Family Justice Center uit. CO3 staat voor Cliëntcentrale Organisatie en verwijst naar de drie betrokken partners: lokaal bestuur, hulpverlening en veiligheidsdiensten. Binnen deze ketenaanpak buigt een multidisciplinair team zich over cases waarbij sprake is van ernstige en complexe vormen van familiaal geweld. Na een weging en risicoanalyse maakt men een plan van aanpak waarmee een casuscoördinator aan de slag gaat.

Doel van deze omvattende aanpak is het geweld te stoppen. Het cliëntsysteem staat hierbij op de voorgrond en wordt zoveel mogelijk betrokken. In Antwerpen is men al een stapje verder door de opening van Veilig Thuis, een Family Justice Center waar alle diensten niet enkel samenwerken, maar ook effectief onder hetzelfde dak huizen. Bedoeling is dat wie in aanraking komt met intrafamiliaal geweld tijdig en op een laagdrempelige manier hulp kan vinden, zodat de CO3-ketenaanpak idealiter niet nodig is. De nadruk ligt op het hele gezin en zowel slachtoffers, plegers als kinderen kunnen er terecht.

Aansluitend neemt Kris Decraemer, klinisch psycholoog en systeemtheoretisch psychotherapeut verbonden aan de Inter- actie-Academie, het woord. Decraemer beschrijft hoe delicten vaak breuken geven in netwerken en hoe het voor hulpverleners belangrijk is om diverse perspectieven binnen te brengen: niet enkel dat van de (vermeende) dader en diens slachtoffer, maar ook dat van de samenleving, justitie en vele anderen.

Decraemer illustreert dit met een drietal fragmenten uit de Deense film ‘Anklaget’ (2005) van regisseur Jacob Thuesen. In het beeldmateriaal zien we Henrik, die beschuldigd wordt van seksueel misbruik van zijn dochter Stine. We zien achtereenvolgens Henrik die de feiten opbiecht aan zijn partner en Henrik in gesprek met een cipier tijdens zijn detentie. De fragmenten plakken aan de ribben en geven de intensiteit weer waarmee deze problematiek zich in onze therapeutische ruimte aandient. We ondervinden aan den lijve hoe snel we vervallen in polarisatie en blikvernauwing wanneer we enkel op het slachtoffer of de dader inzoomen. De zoektocht naar ‘de’ waarheid en het schuldverhaal kan zich snel meester van ons maken. Decraemer onderstreept het belang van voortdurend bewegen tussen inleving enerzijds en confrontatie anderzijds, en zicht blijven houden op alle ingangen in het verhaal.

Mijn eerste workshop is ‘Groepen met forensische cliënten’ van Sarah Goris, verbonden aan de Interactie-Academie en werkzaam in een groepspraktijk. Omdat ik in de toekomst opnieuw zelf agressiegroepen wil opstarten, zit ik op het puntje van mijn stoel. De forensische groep van Goris bestaat uit een bonte mix van mensen die vanuit justitie dertig uur groepsvorming moeten volgen. Goris werkt met alle vormen van agressie en zet partnergeweldenaars naast verkeersagressors. Ze beklemtoont dat ze op die manier snel ziet wat er zich onderling in de groep afspeelt.

Goris licht toe hoe de groep geëvolueerd is van een gedragstherapeutisch protocol naar een systeemtheoretisch kader. Na een eerste belangrijke fase van ‘masseren’ worden deelnemers in een tweede fase ingezet als co-therapeuten. In deze fase staat men stil bij de agressiefeiten van een groepslid. Daarbij wordt diens netwerk heel concreet uitgezet met poppetjes en legoblokjes. De andere deelnemers krijgen luisterposities van belangrijke anderen met de instructie goed na te denken op welke manier het groepslid hen beïnvloedt. Tijdens een reflecting team zit de pleger in de luisterpositie terwijl de andere groepsleden spreken.

Het grote voordeel van een groep is dat groepsleden elkaar kunnen confronteren en met veel meer wegkomen dan de therapeut in een individueel gesprek. Waar de therapeut in individuele therapie andere perspectieven moet binnenbrengen, zijn deze in een groep gewoon voorhanden. Goris benadrukt hierbij het belang van een veilig klimaat. Ze vertelt hoe ze de groep tot rijkere verhalen brengt, hoe ze het maatschappelijk denken binnenbrengt en hoe er wordt gereflecteerd over waarden en normen. Ondanks de beknopte introductie kunnen we ons iets voorstellen van de kracht van deze interventie.

De tweede workshop gaat over hulp aan mensen met sterk geradicaliseerde opvattingen. Kelly Neyens is psycholoog en systeemtheoretisch psychotherapeut werkzaam in Gemeenschapsinstelling De Kempen en is verbonden aan de Interactie- Academie. Neyens geeft ons inkijk in haar zoektocht naar het opstarten van een therapeutisch parcours met jongeren die zich schijnbaar zo hard buiten de maatschappij plaatsen. Pogingen om deze cliënten te overtuigen dat ze in de maatschappij horen, zijn vaak tevergeefs. Vraag is wat je dan wel doet?

Neyens schetst ons twee interventiemogelijkheden. Enerzijds zet zij, vanuit de hypothese dat geradicaliseerde mensen een gevoel van verbondenheid missen, hard in op met oprechte interesse en nietveroordelend verkennen van het maatschappijbeeld van de cliënt en van diens verbindingen. Ze brengt minutieus alle netwerken in kaart met de nodige aandacht voor grotere netwerken zoals IS, sociale media en religieuze netwerken. Dit inventariseren is vaak zeer tijdsintensief en wordt gecompliceerd door de noodzakelijke onderhandelingen met de maatschappij, bijvoorbeeld met de rechter. Een tweede interventiemogelijkheid behelst het inschakelen van een co-therapeut, iemand van dezelfde culturele achtergrond of met kennis van radicalisering. Dit kan een respectvolle dialoog op gang brengen door de cliënt in de getuigenpositie te zetten bij gesprekken tussen therapeut en co-therapeut.

Aansluitend vraagt het publiek zich af wat je bijvoorbeeld doet met een cliënt die een vrouwelijke therapeut weigert een hand te geven? Is dat iets cultureels of is dat iets anders? Neem je daar als therapeut aanstoot aan of verwacht je niet van vreemden dat ze je een hand geven ter begroeting? Staat dit een therapeutisch proces in de weg, of kan het juist een dankbare aanzet zijn om te spreken over de betekenis achter dit gedrag en een onderhandeling te voeren over hoe we elkaar begroeten bij het starten van een therapiegesprek? Het is duidelijk dat het thema radicalisering ons hevig beroert, dat we zoekende zijn welke positie we hierin als therapeut kunnen innemen om ons nog enigszins comfortabel te kunnen voelen in de dubbele taak van aansluiting zoeken en confronteren. Het is duidelijk dat er geen pasklare antwoorden zijn, maar de winst zit vaak in dagdagelijkse momentjes met cliënten, in een constante basishouding van open dialoog en een niet-veroordelende houding.

In de derde workshop ‘Tussen spreken en niet spreken’ enthousiasmeert Kristel Kuppens ons met de methodiek ‘Verhalen brouwen’. Kuppens werkt als klinisch psycholoog en systeemtheoretisch psychotherapeut in een observatie- en behandelingscentrum en is daarnaast verbonden aan de Interactie-Academie. Zij toont de meerwaarde van de methodiek in het werken met gezinnen waar geweld speelt. Kuppens introduceert het als ‘we gaan eens iets anders proberen’ en vertelt het gezin dan het verhaal van de olifant, de leeuw, de slang, de krokodil en de arend die samen enkele hindernissen moeten overwinnen. Zo moeten ze achtereenvolgens een grote berg en een kolkende rivier over en moeten ze zich een weg banen door een oerwoud om uiteindelijk door een dorp vol kannibalen heen te komen.

Het verhaal is een metafoor voor hoe een gezin aan de slag gaat met moeilijkheden. Het motiveert om een plan van aanpak op te stellen, gelinkt aan de specifieke rol van elk gezinslid, alsook aan belangrijke waarden en kwaliteiten van het gezin. Door deze survivalexpertise nieuwsgierig te bevragen ontstaan rijkere verhalen. Het ‘verhalen brouwen’ helpt om de bij geweld vaak vastgelopen en verstarde identiteiten in een gezin te ontwarren en een nieuwe gezinsidentiteit te creëren naast de vaak gemarginaliseerde positie waarin een gezin terecht is gekomen. Kuppens maakt tijdens deze oefening dankbaar gebruik van post-its waarop ze noteert wat er voor elk gezinslid specifiek uitspringt. Dit blijft hangen bij de gezinsleden en is handig om in latere gesprekken op terug te komen, bijvoorbeeld door op moeilijke momenten te vragen welke post-its hier kunnen helpen.

 

Het gure weer en fileleed bij aanvang van deze boeiende dag was snel vergeten toen de enthousiaste sprekers eenmaal op ons losgelaten werden. Hoewel niet alles wat ik hoorde nieuw was, verveelde ik mij geen minuut. De opfrissing van sommige methodieken, een net iets andere insteek, een opnieuw aangewakkerde nieuwsgierigheid, tijd mogen nemen om te reflecteren en de wetenschap dat we het ook als therapeut niet allemaal kunnen weten, gaf me nieuwe inspiratie en zin om met enkele zaken aan de slag te gaan. Met een zakje vol nieuwe inspiratie keer ik dan ook tevreden terug naar de file.

Vorige Inhoudsopgave Volgende
Twitter Facebook Linkedin
Delen Print PDF

Literatuur

  • Literatuur
  • Heinesen, T. (producent) & Thuesen, J. (regisseur), 2005. Anklaget [film]. Denmark: Nordisk film & TV2 Danmark.

© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631


De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:


Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).

No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.

Jaargang 37, nr. 3, september 2025

Neem een ABONNEMENT Laatste editie Archief

Nieuwsbrief Boom Psychologie

Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.

Aanmelden

Boeken

De JIM-aanpak
Levi van Dam, Sylvia Verhulst
€ 19,95
Meer informatie
Verbonden
Amir Levine, Rachel Heller
€ 19,95
Meer informatie
Handboek suicidaal gedrag bij jongeren
Jan Meerdinkveldboom, Ineke Rood, Ad Kerkhof
€ 26,95
Meer informatie

Privacy policy

Algemene voorwaarden

© 2009-2025
Boom uitgevers Amsterdam

Redactieadres

Systeemtherapie

Foke van Bentum

WG-plein 209

1054 SE Amsterdam
telefoon: (020) 612 30 78

redactie@nvrg.nl

Klantenservice

Boom uitgevers Amsterdam B.V.

Postbus 15970

1001 NL Amsterdam

Nederland

(088) 0301000 

klantenservice@boom.nl