Van Daar naar Nu – Beter contact tussen geweldslachtoffers en naasten
Samenvatting
Fedia Jacobs (2017).
Amstelveen: Totemboek. 134 pp. € 14,99.
ISBN 978 94 91683 29 9.
Systeemtherapeuten worden geconfronteerd met de effecten van trauma, zowel op het slachtoffer als op zijn of haar gezinsrelaties. Waar iemand lijdt, lijden velen mee. Therapeutisch tussenkomen bij vastgelopen verwerkingsprocessen vergt een stevig kompas. Ik was benieuwd in welke mate dit boek systeemtherapeuten kan inspireren voor hun praktijk.
Fedia Jacobs is reeds dertig jaar als psychiater verbonden aan het Sinai Centrum in Nederland, dat een ruime ervaring opbouwde in de behandeling van Joodse en Indische oorlogsslachtoffers met posttraumatische stressstoornis en zich nu eveneens richt op doelgroepen zoals veteranen, andere geüniformeerden (politieagenten), vluchtelingen, asielzoekers en eerste, tweede en derde generatie oorlogsslachtoffers en vroegkinderlijk getraumatiseerden. Het Sinai Centrum werkt volgens het driefasenmodel. In een eerste fase richt men zich op het stabiliseren van het dagelijkse leven en het versterken van de vaardigheden om met traumagerelateerde klachten om te gaan. In een tweede fase komt het doorwerken van het trauma aan bod middels de methodiek, eye movement desensitization reprocessing (emdr), narratieve exposure therapie (net) en imaginaire exposure. De derde fase staat in het teken van re-integratie en toekomst. In die fase worden ook de gezinsleden bij de therapie betrokken.
De auteur wil een bijdrage leveren aan een beter contact tussen de slachtoffers en hun directe naasten. Uitleg over de moeilijke situatie waarin geweld- slachtoffers zich bevinden, kan volgens hem helpend zijn om het lijden en het traumagerelateerde gedrag beter te begrijpen en te hanteren. Het boek schetst de moeizame weg van onverbondenheid (daar-en-toen) naar herverbinding en toekomst (hier-en-nu). De veelvuldige korte praktijkverhalen dwingen je getuige te worden van complexe overlevingsstrategieën van mensen tijdens en na marteling, mishandeling, verkrachting, gijzeling, incest of wanneer mensen gedwongen werden getuige te zijn van grof intermenselijk geweld.
Het boek is praktijkgericht en bestaat uit vier hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk wordt uitleg gegeven over de effecten van man-made disasters. In een tweede hoofdstuk wordt toegelicht hoe opstellingen met duplopoppetjes de effecten van trauma op de persoon zichtbaar maken. Het derde hoofdstuk zoomt in op de relationele effecten na trauma. Ten slotte komt het werken met partners en gezinnen aan bod.
Een grote gevarieerde set duplopoppetjes helpt de cliënt om de emotionele en relationele geschiedenis zichtbaar te maken, zonder meteen inhoudelijk te moeten spreken over het trauma. De poppetjes worden neergezet door de cliënt en tonen concrete relationele wisselwerkingen, hier-en-nu versus daar-en-toen. De cliënt kan daarbij zichzelf als een ‘volwassene’ neerzetten. Daarnaast kan hij een extra poppetje plaatsen dat het ‘innerlijke kind’ symboliseert, wat bestaansrecht geeft aan de emotionele ervaringen die hij heeft opgedaan als kind. De grens tussen het verleden en het heden wordt normaal gesproken gemarkeerd door een enkele lijn. Specifiek voor dit traumawerk werd de methodiek verder ontwikkeld. Via drie lijnen worden drie traumadecors afgebakend: het versteende verleden en de versteende plaats van daar-en-toen waar een normale verbondenheid onmogelijk was, het traumadecor daar-en-nu waar verbinding wel mogelijk is maar erg belast, en ten derde het traumadecor hier-en-nu, waar reflectie op de twee andere decors en een gezonde verbinding met anderen mogelijk is. Middels poppetjes beeldt de cliënt eerst de geweldinteractie uit. De hulpverlener bevraagt en taxeert de unieke traumatische beleving, opgedaan in deze relationele wisselwerking en context. Bij de twee andere opstellingen wordt nagegaan: leeft het slachtoffer met de daders van toen of met de naasten van nu? De centrale traumahypothese luidt immers dat juist het niet uit elkaar kunnen houden van tijd en plaats, de ernstige traumaklachten gaande houdt.
Het boek toont veel foto’s van opstellingen die illustreren hoe het ‘het innerlijke kind’ in het hier-en-nu naar het daar-en-toen blijft kijken en aldus de regie in het heden terug overneemt. ‘De volwassene van nu’ blijkt dan vaak emotioneel niet beschikbaar te zijn in de actuele gezinsrelaties. Af en toe illustreert een opstelling dat het slachtoffer het verleden heeft losgelaten, zijn rug ernaar gekeerd heeft. Alleen dan is er een gezonde verbinding mogelijk met de partner en als ouder met de kinderen.
Het duurt even voor ik, al lezend en kijkend naar steeds weer foto’s met nieuwe opstellingen, me het jargon een beetje eigen kan maken. De vele opstellingen laten zien wat ‘beulen’ en ‘daders’ mensen kunnen aandoen en hoe divers mensen daarop reageren. Ook het overleven komt krachtig naar voren: mensen doen spontaan al iets met wat hen aangedaan wordt. De auteur wil daarbij heel veel delen van zijn rijke praktijk, soms wat te veel. Bij elke casus volgt een korte uitleg over traumagerelateerde klachten, over drank- en druggebruik als een manier van coping, over de vernietiging van basale waarden en wereldbeelden. De theorie is eerder beknopt, zoals aangekondigd.
Het boek komt op een terrein dat boeiend is voor gezins-, relatie- en systeem- therapeuten: trauma zet grote druk op relaties. In hoofdstuk drie en vier tonen de korte casuïstische verhalen concreet wat partners en kinderen kunnen ervaren. Deze hoofdstukken bieden handvatten om de indringende relationele effecten te taxeren en psycho-educatie te geven, zowel aan de traumacliënt als aan diens naasten. Er is veel mildheid voor al dit leed en voor al de fricties en moeilijkheden. De cliënt wordt aangemoedigd de eigen lastige invloed op anderen onder ogen te zien en rekening te houden met de noden van de anderen aan intimiteit, contact, veiligheid, liefde en verbinding. De therapeut stimuleert daarbij nadrukkelijk inspanningen te leveren om in therapie te gaan. De auteur heeft eveneens een uitgesproken mening over ‘goed’ partnerschap en ouderschap. Af en toe dient de therapeut actief in te grijpen en grenzen te stellen bij verontrustend ouderschap. Verder balanceert hij voorzichtig tussen de vele spanningsvelden: spreken of niet spreken, hoop of wanhoop, gebroken zijn versus veerkracht.
Een kanttekening wil ik toch maken. Dit boek vertrekt van een monolineair verband: het trauma en de geweldsrelaties van het trauma leven door en beïnvloeden causaal het heden en de toekomst. Al dat niet goed verwerken lijkt daarbij samen te hangen met een individuele inspanning; hij of zij moet durven het verleden de rug toe te keren. De cliënt moet beslissen iets te doen met de traumagerelateerde klachten, in traumabehandeling gaan en met behulp van gesprekken met de therapeut en zijn naasten de verwarring in tijd en plaats opheffen. Als systeemtherapeut mis ik de bredere samenhang en de verbanden die het leed, de traumagerelateerde klachten en de trauma-inhoud op de voorgrond houden. Het boek vertrekt namelijk vanuit een geïndividualiseerde visie op trauma. De interpretatie van de opstellingen wordt gedaan door de therapeut die de problemen duidt. De partner en gezinsleden worden erbij uitgenodigd tot steun en om veranderingsimpulsen te geven. Verder mis ik een systemische en open visie op gezin en paar. Ieder gezinslid, elke partner is daarbij op zijn beurt een knooppunt van veel andere relaties en ruimere beïnvloedingen vanuit andere contexten. Meer algemeen is er geen oog in het boek voor de samenhang met invloeden van de tijdgeest en sociale vertogen op trauma.
Dit boek biedt een goede inkijk in de doelgroep. Het biedt inspiratie voor gezinsen relatietherapeuten op het vlak van psycho-educatie en verheldering van de klachten. Het reikt een methodiek aan om uit te proberen en aanvullend systemisch te verrijken.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden