MENU
  • Home
  • Actueel
    • Nieuws
  • Inhoud
    • Laatste nummer
    • Archief
    • Rubrieken
    • Artikelen
    • De Praktijk
    • Onderzoek gesignaleerd
    • Reflecties
    • Discussie
    • Professie en Persoon
    • Congressen
    • Boeken (en zo)
  • Auteurs
    • Overzicht auteurs
    • Auteursrichtlijnen
    • Artikel indienen
    • Gebruik van artikelen
  • Abonnementen
    • Abonnement aanvragen
    • Proefabonnement
    • Voorwaarden en wijzigingen
  • Over Systeemtherapie
    • Redactie
    • Adverteren
    • Open Access
    • Links
    • Contact
Inloggen
Inhoud
Inhoudsopgave jaargang 32 (2020) / nummer 1
PDF  

Studiedag ‘Het meesterlijke denken’

Jan Meerdinkveldboom
1 september 2025

Samenvatting

Georganiseerd door therapiepraktijk Hof en De Voogd
[Deventer, 1 november 2019]

Ziekenbezoek
Mijn vader had een uur lang zitten zwijgen bij mijn bed.
Toen hij zijn hoed had opgezet
zei ik, nou, dit gesprek
is makkelijk te resumeren.
Nee, zei hij, nee toch niet,
je moet het maar eens proberen.
(Herzberg, 1968)

Dit gedicht kwam bij mij naar boven toen ik, na afloop van een erg leuke en inspirerende dag, me afvroeg hoe ik die dag in hemelsnaam zou kunnen samenvatten.

Monique Hof en Janneke de Voogd voeren samen een systeemtherapeutische praktijk in Deventer. Zij hadden zichzelf naar aanleiding van een ontmoeting met Jan Olthof en Edu van der Velden, de beide hoofdpersonen van de dag, de opdracht gegeven een dag te organiseren die geheel anders was dan welke studiedag dan ook. Edu van de Velden is psychotherapeut, opleider en supervisor van de NVRG, gespecialiseerd in kinderen met een traumatische achtergrond, gezinsproblematiek en complexe sociale netwerken. Het is een therapeut met een directieve werkwijze. Jan Olthof is eveneens psychotherapeut, opleider en supervisor van de NVRG, maar hij werkt specifiek narratief. Beide heren hebben een indrukwekkende staat van dienst, zijn wat ouder, maar nog steeds zeer actief in ons werkveld. Van hen tweeën is Olthof de actiefste auteur. De ontmoeting begon met het gegeven dat beide heren elkaar alleen van naam kenden maar elkaar nooit daadwerkelijk gesproken hadden. Een ontmoeting, niet alleen met elkaar als personen maar ook met hun flink tegengestelde manieren van therapie bedrijven, lag dan ook niet voor de hand. Het is te prijzen dat de organiserende dames juist dat gegeven als uitgangspunt namen voor deze dag. Het was de bedoeling dat op deze manier de jongere generatie kennis kon nemen van ‘oude meesters’.

De dag kende lezingen noch workshops. De gehele dag was plenair ingericht met in plaats van een spreekgestoelte, een podium met een fauteuil voor Olthof en een tweezitsbank voor de wat meer beweeglijke Van der Velden. Daar gezeten kregen de heren het verzoek maar eens met elkaar in gesprek te gaan: een ontmoeting van de narratieve richting van Olthof met de directieve, meer provocatieve stijl van Van der Velden. De dag kende enige regie in de vorm van thema’s die achtereenvolgens werden aangekondigd door een van beide dames. Bij de opening werd het publiek uitgenodigd om vragen te stellen door briefjes in te leveren, en werd aangekondigd dat de dag bestond uit verrassingen en improvisaties. De heren zouden niet erg goed te regisseren zijn, maar dat moest tevens de charme van de dag zijn. Beiden lieten ter illustratie blijken dat denken in formats niets voor hen was.

De thema’s die de dag nog enige structuur moesten bieden waren onder meer: wat is de essentie van systeemtherapie, de pracht van het ambacht, ontwikkelingen in het vak, een reis langs verschillende perspectieven en zo nog enkele. En daar begon de dialoog, eerst met een uitwisseling van wat ze van elkaar wisten, waarbij ideeën over elkaar werden uitgewisseld die soms wel en soms niet klopten. Daarna kwam langzaamaan een eerste uitwisseling van ieders stijl van werken tot stand. Daarbij ontplooide zich een min of meer vast stramien: Van der Velden was veel vaker aan het woord dan Olthof, die merendeels aandachtig luisterde en soms ook wat terugzei.

De thematische gesprekken draaiden niet steeds uit op ideeën over het onderwerp maar illustreerden vooral de verschillende werkstijlen. Daarbij tekende zich een merkwaardig verschil af: Van der Velden, de man van de korte interventies, hield steeds uitvoerige verhalen over therapiegesprekken die hij had gevoerd en over wat zijn wijze van werken bepaalde, en Olthof, de man van de verhalen, haakte daar dan kort op in. Olthof op zijn beurt maakte, als narratieve therapeut, met korte stellingen duidelijk hoe hij aankeek tegen zijn vak. Hij benadrukte dat hij uitging van de liefde tussen de mensen, zonder uitgebreid exposé over hoe hij dat uitgangspunt uitwerkte in een therapie. Van der Velden ging daar niet tegen in, maar ging terug naar zijn eigen stijl van werken.

De dialogen werden regelmatig, als het thema veranderde, afgewisseld met korte filmpjes die al of niet konden dienen als introductie voor het komende onderwerp. Zo gaven beelden van Minuchin beiden de gelegenheid om anekdotische herinneringen over hem op te halen. Een filmpje over Andolfi ontlokte Van der Velden de opmerking dat deze confronterend en provocerend was maar tegelijkertijd veel steun bood aan de gezinsleden. Tussendoor illustreerde een kunstenares de dialogen met figuren die op beeldschermen vertoond werden.

Van der Velden stelde terecht vast dat systeemtherapie niet bestaat: het is (gezins)therapie vanuit een systemisch denkkader. Zijn doel is steeds om te proberen anders te denken dan het gezin. Daarbij werkt hij met ongerijmdheid. Als een roofdier, zoals hij het zelf omschreef, loert hij op tegenstrijdigheden in woorden of gedragingen van gezinsleden en bepaalt hij het moment van zijn tussenkomst. Daar gaat hij op een zodanige manier op in dat het gezin wordt verleid om anders te gaan kijken en denken. Patronen zei hij niet te kunnen veranderen, maar wel te kunnen verleggen. Olthof stelde daar niet zo duidelijk een eigen stijl tegenover, maar refereerde geregeld aan uitspraken van Cruijff, zoals: ‘Je gaat het pas zien als je het doorhebt.’ Hij vertelde dat hij in een gesprek datgene benut wat hem raakt.

Zo brachten de circa honderdvijftig deelnemers een interessante dag door, met vaak amusante dialogen, waarbij Van der Velden levendig en spits was en Olthof bedaagder en rustiger reageerde.

Hof en De Voogd zijn erin geslaagd om een geheel andere opzet van een bijeenkomst te presenteren. Het was geen studiedag in engere zin: er werden geen theorieën uiteengezet of specifieke methoden gedemonstreerd. Ook werden er geen rollenspelen gedaan of werd er anderszins geoefend. Hebben we dan toch wat geleerd? Omdat Van der Velden het meest aan het woord was en met veel enthousiasme sprak over zijn licht provocerende stijl van werken, kregen we weer eens te zien hoeveel je kunt bereiken door, los van een specifieke school, af te gaan op je gevoel voor ongerijmdheden en vervolgens het gezin ‘lastig te vallen’ door je andere kijk naast die van dat gezin te presenteren. En van Olthof leerden we dat liefde tussen gezinsleden de dragende kracht is die aangesproken kan worden.

Het roept bij mij de vraag op of de huidige opleidingen nog wel voldoende voorzien in scholing in directieve en paradoxale benaderingen. Deze kunnen immers vaak van pas komen en processen versnellen. Dat besef was voor mij de grote winst van deze ontmoeting van inspiratoren. Een goed initiatief van Hof en De Voogd.

Vorige Inhoudsopgave Volgende
Twitter Facebook Linkedin
Delen Print PDF

Literatuur

  • Herzberg, J. (1968). Beemdgras. Amsterdam: G.A. van Oorschot.

© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631


De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:


Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).

No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.

Jaargang 37, nr. 3, september 2025

Neem een ABONNEMENT Laatste editie Archief

Nieuwsbrief Boom Psychologie

Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.

Aanmelden

Boeken

Verbonden
Amir Levine, Rachel Heller
€ 19,95
Meer informatie
Handboek suicidaal gedrag bij jongeren
Jan Meerdinkveldboom, Ineke Rood, Ad Kerkhof
€ 26,95
Meer informatie
De JIM-aanpak
Levi van Dam, Sylvia Verhulst
€ 19,95
Meer informatie

Privacy policy

Algemene voorwaarden

© 2009-2025
Boom uitgevers Amsterdam

Redactieadres

Systeemtherapie

Foke van Bentum

WG-plein 209

1054 SE Amsterdam
telefoon: (020) 612 30 78

redactie@nvrg.nl

Klantenservice

Boom uitgevers Amsterdam B.V.

Postbus 15970

1001 NL Amsterdam

Nederland

(088) 0301000 

klantenservice@boom.nl