International narrative therapy and community work conference – Rwanda 2022
Samenvatting
Georganiseerd door Dulwich Centre Foundation, Sos Children’s Villages, Geruka Healing Centre en de Universiteit van Rwanda
[Kigali Rwanda, 8-12 augustus 2022]
Oorspronkelijk gepland in 2020, werd dit congres tot tweemaal toe uitgesteld wegens de covid-19-pandemie. De keuze voor Kigali lag voor de hand. Sinds 2006 kwamen opleiders verbonden aan het Dulwich Centre naar Rwanda om ondersteuning te bieden bij hulpverlening aan overlevers van de genocide op de Tutsi. De organisatoren gingen dekoloniserend te werk bij de programmatie van het congres. Ze gaven voorrang aan bijdragen van Afrikaanse deelnemers en beperkten het aantal niet-Afrikaanse deelnemers. De zwaarte van de recente geschiedenis, met als bekendste voorbeeld de genocide in 1994 waarbij in drie maanden tijd een miljoen Tutsi’s en gematigde Hutu’s om het leven kwamen en evenzeer de vele andere rampen die Afrikaanse, Aziatische en Amerikaanse landen momenteel teisteren, kreeg op geen enkel moment de overhand. Dit congres leerde mij hoe men door een warme combinatie van humor, zang en dans ‘hoop en veerkracht’ kan ‘doen’ als gemeenschap. De narratieve benadering is in vruchtbare bodem gevallen in vele niet-westerse gemeenschappen. Wij westerlingen kunnen heel veel leren van hun antwoorden op rampspoed.
Aan het driedaagse congres gingen twee dagen met pre-conference workshops vooraf. Op de eerste dag stond voor de internationale gasten een warm aanbevolen bezoek aan het genocide-herdenkingscentrum op het programma. Dit centrum huisvest niet alleen een museum, maar biedt ook een laatste rustplaats aan 250.000 Rwandezen die de slachtpartij niet overleefden. Na dit bezoek getuigde Adelite Mukamana hoe ze als veertienjarige haar ouders verloor in de genocide en voor twee jongere zussen moest zorgen. Mukamana heeft nog weinig herinneringen aan die afschuwelijke tijd. Na de genocide steunden overlevers elkaar door symbolische gezinnen te creëren. Mukamana werd iemands ‘moeder’, een andere tiener werd haar ‘tante’. Ze was zesentwintig toen ze in 2006 als pas afgestudeerde klinisch psycholoog hoofd werd van het team Ibuka van overlevers dat werkte met overlevers. Het was de tijd van de Gacaca, een vorm van traditionele volkstribunalen waarin genocideplegers openlijk spraken over hun gruweldaden. De effecten van dit proces overweldigden dit jonge team en zij nodigden Cheryl White, David Denborough (Dulwich Centre Foundation) en Jill Freedman uit hen te ondersteunen. Vrij vlug participeerde het team in een eerste workshop met Jill Freedman en Gene Combs. Ze ontdekten dat ze naast vragen om de ernst van het trauma in te schatten, ook vragen konden stellen als: ‘Als jouw geliefde overledene jou zou zien vandaag, wat denk jij dan dat ze graag zou zien?’ Of: ‘Is er iets, klein of groot, dat je zou kunnen doen dat jouw overleden geliefden een glimlach op het gelaat zou bezorgen?’ Inspiratie vond het team in de rijke Rwandese cultuur, met haar vele zegswijzen. ‘Breng twee brandende kooltjes samen, blaas erop en de vlam begint weer te flikkeren.’ Of: ‘Er is altijd weer een nieuwe dag na een donkere nacht.’
De tweede dag deed ik mee met de preconference workshop van Saviona Cramer van The Barcai Institute in Tel Aviv. Cramer illustreerde hoe ook een geschiedenis van trauma en onderdrukking ingangen kan bieden om mensen opnieuw te verbinden met hun waarden, dromen en hoop. Dat bood inspiratie aan een ouder Joods koppel om op een meer bevredigende manier met hun relatiemoeilijkheden om te gaan. Cramer zoomde in op intergenerationele veerkracht. Sabine Vermeire, Sara Portnoy, Chaste Uwihoreye en team Brazilië verzorgden een inspirerende workshopdag over de continenten heen over ‘creatieve ingangen bij de vele tentakels van trauma bij kinderen, jongeren en families’.
Het eigenlijke congres startte met een onvergetelijke openingsplechtigheid waarmee de organisatoren team Ibuka en een groep oudere vrouwen eerden die de genocide overleefden en zich verenigden na de genocide, evenals opleiders uit de Verenigde Staten, Australië en Israël. Chaste Uwihoreye (Rwanda) opende met Supporting genocide survivors and honouring Rwandan healing ways – Our own names, prescriptions, drawings and songs. Uwihoreye is een klinisch psycholoog en narratief therapeut met jarenlange ervaring in het werken met kinderen en jongeren. Hij nam ons mee in een dekoloniserende zoektocht naar een meer cultureel passende, niet individualiserende werkwijze.
Uit de sessie met video’s uit de Michael White archieven door Mark Hayward onthoud ik vooral hoe indrukwekkend Caleb Wakhungu uit Uganda getuigde hoe gesprekken met Michael White van jaren terug nog steeds zijn dagelijks handelen en
de ontwikkeling van gemeenschapsgerichte praktijken inspireren. Wakhungu vertelde tijdens de daaropvolgende plenaire sessie enthousiast over gemeenschapsvormende initiatieven waarin, los van ngo’s of overheden, arme boeren leren op een klimaatneutrale manier gas en elektriciteit te winnen. In andere plenaire sessies spraken Nepalese vrouwen over hoe hun gezamenlijk optrekken hen helpt om samen de gruwelen van decennia gewapend conflict te boven te komen (Kitchen stories) en deelde OPROAMER, een vereniging van ex-psychiatrische patiënten, hun verhalen. Bij al deze initiatieven viel op hoe vanzelfsprekend in Afrika de idee van gemeenschapsvorming is.
Boeiend waren ook de groepsgesprekken, bijvoorbeeld over het werk in de gevangenissen en met genocideplegers die na hun vrijlating naar hun dorp terugkeren. Ik deel hier graag enkele ‘wijsheden’ die Mukamana verzamelde in de loop van jaren werken met ‘genocideplegers’: ‘Accepteer wat je niet kan veranderen en verander wat je kan’, ‘Verwacht niet veel van genocideplegers’, ‘Wat mijn grootouders me leerden: leef als een edel persoon, sterf als een edel persoon’, ‘Als je een pleger vergeeft, doe het dan voor jezelf, niet voor hen’, ‘Ik kan mijn emotie niet ontkennen, maar mijn emotie zal mij niet de baas zijn!’
Ik wil nog twee (van de in totaal vijfentwintig) workshops kort belichten. Ik koos deze vanuit mijn interesse voor het werken met en ondersteunen van ouders. Julienne Dusingizimana uit Rwanda presenteerde haar werk met ouders van kinderen met een fysieke beperking. Keerzijde van sterk op gemeenschap gerichte culturen lijkt wel dat stigma een verpletterende en isolerende impact heeft. Maar de remedie zit ’m toch ook weer in de gemeenschap: door deze ouders met andere ouders te verbinden slagen ze erin om een collectief gevoel van agency te ontwikkelen. Als respons op dit werk en de gedeelde ervaringen van deze ouders, las de Australische Michelle Bates een brief voor van een Aboriginal moeder met een kind met een beperking, over welke acties verschil maakten voor haar. Sabine Vermeire en ikzelf mochten hierop verder aansluiten met de verhalen van ouders met een verslavingsproblematiek die samen op een driedaagse wandeltocht gingen. Zo werden verbindingen geweven doorheen culturen en werelden. Beata Mukarusanga demonstreerde een dekoloniserende aanpak van ouderschapsondersteuning, gebruikmakend van de in Rwanda zeer herkenbare metafoor van tuinieren (green parenting).
Dit congres bood niet alleen ruime gelegenheid om praktijken en inzichten te delen, maar was ook een plaats van uitbundig vieren en het versterken van banden. Alle deelnemers ontvingen het mooie document Land of a thousand stories (Kalisa et al., 2022), waarin de geïnteresseerde lezer verdere inspiratie kan vinden voor het bedenken van eigen gemeenschapsvormende praktijken.
Literatuur
- Kalisa, J., Mukarusanga, B., & Nyirinkwaya, S. (Eds.). (2022). Land of a thousand stories. Dulwich Centre Foundation.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden