Zijn jongen
Samenvatting
Carry Slee (2023). Lebowski. 222 pp., € 23,99
ISBN 9789048868193
Wie kent haar niet: Carry Slee. Sinds 1989 schreef ze ontelbaar veel kinderboeken, waaronder de bij velen bekende boeken Spijt (2002) en Afblijven (2013). Slee schreef ook enkele boeken voor volwassenen, zoals Moederkruid (2001). Na het overlijden van haar vader schreef Slee de autobiografische roman Zijn jongen.
Het boek start dan ook op het moment dat ze te horen krijgt dat haar vader is overleden. Ze kan het niet geloven. Hij was toch de man met het eeuwige leven?
Op intrigerende wijze beschrijft ze de moeizame jeugd van haar vader. Na de dood van zijn moeder werd hij door pa abrupt en zonder aankondiging bij de nonnen afgezet. Vader vertelde er meermaals over aan de jonge Carry en haar zus. Als ze er waterige ogen van kreeg, zei hij dat dat niet nodig was en dat het allemaal goed is gekomen en dat hij nu hen heeft. De jonge Carry voelde echter dat dat niet zo was, want het enige wat hij had was haar zus Els. Zijzelf kon hem niet troosten, ze was ‘zijn teleurstelling’ (p. 17). Dat voelde ze aan alles. Na een dochter had hij zo uitgezien naar een zoon. Maar toen kwam Carry. Moeder – door vader ‘patiënt’ genoemd – was en maakte het haar ook al niet gemakkelijk. Vader bleef bij haar omwille van de kinderen. En zij raakten in een loyaliteitsconflict verzeild tegenover hun ouders.
Slee beschrijft hoe ze rekening hield met het ingewikkelde karakter van zowel haar vader als haar moeder. Hoe ze op haar tenen liep in haar eigen huis. Ze wilde, samen met zus Els, hun ouders gelukkig maken, mama beter maken, samen een echt gezin worden. Net als haar zus wilde ze leren breien, maar nog voor ze het probeerde, voelde ze de meedogenloze ogen van haar vader al op haar priemen. Dat mocht ze vast niet. Want zij was zijn jongen, en jongens breien niet.
Duidelijk wordt dat vader het voor zijn eigen zoon anders wilde doen dan zijn vader had gedaan. Samen voetballen, na de wedstrijd samen een biertje, en hij zou hem stimuleren om na school door te leren.
Ineens, dat had ze nog nooit gedaan, werd vader door moeder gecorrigeerd tijdens een woordenwisseling. ‘Ze is geen jongen’ (p. 49). Het was fijn dat moeder het eindelijk eens voor de jonge Carry opnam. Maar wat was ze dan wel nog van papa, als ze niet meer zijn jongen was?
Toen oom en tante gingen trouwen, vroegen zij Carry om haar bruidsmeisje te worden. Terwijl ze nog zo had verwacht dat ze haar zus zouden vragen. Maar ze wilde het dolgraag. Toen vader het hoorde, volgde een tirade. En zij schrok, want ze had nog niet aan hem gedacht. Toch besloot ze het doen, in een prachtige jurk en lakschoenen.
Na haar eerste menstruatie was er geen ontkomen meer aan. Ineens erkende vader haar als meisje, sprak haar niet meer aan als ‘mijn jongen’. Met de nodige verwarring bij de jonge Carry tot gevolg. Wie was ze nu? Ze wist het niet meer en ze wist het zelfs alsmaar minder. Ze vond steeds minder dingen leuk en had geen zin meer in school. Tot ze, uiteindelijk, een manier vond om zowel het meisje als de jongen in haarzelf er te laten zijn. Het gaf haar een ‘heel’ gevoel. Alsof hij haar leven nog niet vaak genoeg op de kop had gezet, komt de auteur na de dood van haar vader tot een ontdekking die haar nog verder verwart. En de lezer, op zijn beurt, doet niet veel later nóg een misselijkmakende ontdekking over wat er zich allemaal achter de voordeur van de familie Slee heeft afgespeeld.
Het boek heeft twee delen. Allebei bevatten ongeveer evenveel pagina’s. In het eerste deel blikt Slee afwisselend terug op haar jeugd en neemt ze de lezer mee in de auto op weg naar haar ouderlijk huis, net na het telefoontje van haar moeder over het overlijden van haar vader. Een boodschap die ze maar niet kan geloven, tijdens de autorit die voor mij als lezer stervenslang voelt te duren – wat mij betreft ook wel wat té lang.
Het tweede deel start met haar aankomst bij het ouderlijk huis, waar ze bij de aanblik van haar moeder ziet dat het echt waar is: vader is overleden. In de tekst blijft de auteur de tijden afwisselen: het heden waarin ze naar het mortuarium gaat, en het verleden van haar jeugd waarin haar vader maar al te vaak iets zei of deed wat alle bodem onder haar vandaan leek te halen.
In het tweede deel ligt het tempo hoger. Ik vloog erdoorheen, wilde constant weten wat er nog meer voor bijzonders, ernstigs of soms zelfs misselijkmakends was voorgevallen wat de jonge Carry in zijn greep hield.
Op indringende wijze neemt Slee de lezer mee naar haar vroege jeugd in Amsterdam. Al na een paar pagina’s voel je als lezer mee met de jonge Carry, die het zo graag goed wil doen voor papa, voor mama, voor iedereen. Waar zij zelf blijft is de grote vraag.
Dit boek kruipt onder je huid. Op bewonderenswaardige manier beschrijft de auteur hoe ze zich jarenlang zo gespleten heeft gevoeld. En wat – nee, eigenlijk: wie – uiteindelijk maakte dat daar een eind aan kwam.
Het boek is een aanrader voor elke systeemtherapeut die de ingewikkelde systemen zoals ze dagelijks voor hem of haar plaatsnemen, eens van binnenuit wil aanschouwen. De lezer zal in dit boek de loyaliteitskwesties herkennen, evenals de zoektocht naar jezelf te midden van een turbulent gezin waarin ieder op een eiland vooral voor zichzelf zorgt, en de zowel vervulde als onvervulde (basis)behoeften van de leden van verschillende generaties.
Referenties
- Slee, C. (2001). Moederkruid. Prometheus.
- Slee, C. (2002). Spijt. Unieboek/Het Spectrum.
- Slee, C. (2013). Afblijven. Van Holkema & Warendorf.
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 0924-3631
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden